Geen schone lei na schuldsanering

De wettelijke schuldsanering van Edmond komt in juni 2019 ten einde. De rechtbank staat voor de vraag of Edmond tijdens de schuldsaneringsregeling tekort is geschoten in de nakoming van één of meer verplichtingen uit die regeling en, indien daarvan sprake mocht zijn, of deze tekortkoming aan Edmond kan worden toegerekend.

De rechtbank overweegt als volgt

In oktober 2017 is de schuldsaneringsregeling met een jaar verlengd vanwege een tekortkoming in de nakoming van de sollicitatieverplichting en het bestaan van een boedelachterstand van € 2.370,88. De bewindvoerder heeft met Edmond afgesproken dat de boedelachterstand maandelijks met een bedrag van € 160,- zou worden ingelopen. 

 

In de voortgangsverslagen die in juni 2019 door de bewindvoerder zijn uitgebracht wordt telkenmale aangegeven dat Edmond niet voldoet aan de informatieverplichting. Pas in het zicht van de zitting van juni 2019 zijn de ontbrekende stukken overgelegd. Edmond heeft er derhalve bij voortduring blijk van gegeven zich weinig gelegen te laten liggen aan de verplichtingen die de WSNP met zich brengt. Dit blijkt ook uit de omstandigheid dat Edmond in augustus 2016 in het huwelijk is getreden, daarvoor naar het buitenland is geweest en zijn echtgenote zich in februari 219 bij hem heeft gevoegd. Van dit alles heeft Edmond geen melding bij de bewindvoerder gemaakt, terwijl dit wel op zijn weg lag. De stelling dat Edmond in de veronderstelling leefde dat hij het huwelijk niet hoefde te melden zolang zijn echtgenote in het buitenland woonde, overtuigt niet. Daarbij wordt er ook nog eens aan voorbij gegaan dat Edmond hierover ook niets aan de bewindvoerder heeft gemeld nadat zijn echtgenote naar Nederland was gekomen. 

 

Ter terechtzitting is gebleken dat thans de boedelstandstand € 2.412,97 bedraagt, welke hoger is dan de boedelachterstand bij aanvang van de schuldsaneringsregeling. De omstandigheid dat dit mede wordt veroorzaakt door het niet-aanvragen van kwijtschelding van gemeentelijke belastingen komt voor rekening van Edmond en doet hier dus niet aan af. 

De rechtbank ziet geen aanleiding tot verdere verlenging van de duur van de regeling. Vanaf het begin van de regeling wist Edmond, althans behoorde hij te weten, waaruit de verplichtingen bestonden. Eerder tekortschieten in de nakoming daarvan heeft al tot een verlenging van de duur van de regeling geleid. Daarbij is er nogmaals op gewezen dat de verplichtingen spontaan, stipt en volledig moeten worden nagekomen. Dit is wederom niet gebeurd en er zijn geen omstandigheden gebleken die hiervoor een voldoende excuus vormen. De gestelde omstandigheid dat een aantal verplichtingen wel correct zijn nagekomen, legt in dit verband onvoldoende gewicht in de schaal omdat dit geen bijzonderheid, maar een vanzelfsprekendheid is. 

Geen schone lei

Het vorenstaande maakt dat de rechtbank van oordeel is dat Edmond toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van de uit de schuldsaneringsregeling voortvloeiende verplichtingen en dat dit ertoe moet leiden dat aan Edmond geen schone lei kan worden toegekend.

De hierboven weergegeven casus is een samenvatting en de naam Edmond is in verband met de leesbaarheid van het artikel gefingeerd. De volledige uitspraak is te vinden via de onderstaande link met rechtspraak.nl:  

 

 

https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBDHA:2019:6444&showbutton=true

 

Home

Opmerking: De met * gemarkeerde velden zijn verplicht.